In Nederland zijn er nauwelijks of geen cijfers van interstitiële longaandoeningen. Zeker niet van allemaal tezamen omdat er ook zeldzame ziektes onderdeel uitmaken van de interstitiële longziektes.
Op basis van een drietal studies vanuit de Verenigde Staten en Groot Brittannië wordt de incidentie van IPF geschat op 4.3 tot 16.3 per 100.000 per jaar. Bijkomend lijkt er sprake van een stijging van de incidentie over de periode 1991-2003. Deze stijging wordt gedacht niet het gevolg te zijn van vergrijzing van de bevolking of een toename van vroeger in het beloop van de ziekte gediagnosticeerde gevallen.
Prevalentie schattingen variëren van 2-42.7 gevallen per 100.000. De grote spreiding kan waarschijnlijk worden verklaard door het eerder ontbreken van een uniforme definitie bij het identificeren van IPF gevallen, als ook door verschillen in studie opzet en onderzoekspopulaties. Het is niet bekend of de incidentie en prevalentie van IPF verschillen in relatie tot geografische, etnische, culturele of raciale factoren.
Qua cijfers voor Sarcoïdose bestaat alleen een schatting dat de incidentie ongeveer 20 per 100.000 per jaar is.